In de dagen voor Pinksteren kregen we bezoek van twee Koreaanse meesters die vergezeld werden door drie leerlingen. Meester Nam Gi-seok is een bevriende leraar van meester Ko Se-hwan. De stijl die meester Nam beoefent, wijkt af van onze stijl, maar er zijn genoeg ook overeenkomsten.
Het was niet de eerste keer dat meester Nam Gi-seok naar Nederland kwam. Vijf jaar eerder was hij hier ook al, hij werd toen ook vergezeld door meester O Jung-taek. Nu hadden ze dus ook nog drie leerlingen mee; Choi Mu-song, Kim Min-jae en Nam Dae-hyeon. De naam van de stijl die ze beoefenen is Jilseon Gyeoksuldo. Deze wordt op drie manieren aangeboden: als sport, als mma en als methode voor realistische zelfverdediging. Tijdens de lessen gaf meester Nam ook steeds duidelijk aan hoe de technieken in deze drie verschillende omstandigheden werden toegepast. Hoe je de stijl ook beoefend, tijdens de lessen werd al snel duidelijk dat controle houden over de afstand die je hebt ten opzichte van je tegenstander het belangrijkste is. Al met al gaven de lessen van deze Koreaanse meesters voldoende stof tot nadenken. Hoewel het perspectief soms anders is, blijken de basis principes keer op keer hetzelfde te zijn.
Urkerdag
Naast de lessen was er ook nog tijd om onze Koreaanse gasten kennis te laten maken met onze mooie dorp. Op zaterdag 18 mei werd in de ochtend een seminar gehouden, maar ’s middag kon nog volop genoten worden van Urkerdag.
Veranderingen
Sinds het eerste bezoek van meester Nam Gi-seok hebben we al wat aanpassingen aangebracht in de manier waarop wij onze technieken overdragen op onze leerlingen. De enthousiaste manier van lesgeven van meester Nam en de andere structuur waarin technieken worden aangeboden heeft de leraren van Chongmukwan stof tot nadenken gegeven. In de komende jaren zullen dan ook meer veranderingen worden doorgevoerd in zowel het examenprogramma als de lesmethodes. Er komt bijvoorbeeld meer aandacht voor grappling (worsteltechnieken) en sparring (vrijgevecht). We blijven gebruik maken van ‘principle-based-learning’ en blijven ons richten op de toepasbaarheid van technieken als zelfverdediging.
Media
